De onbetamelijke strijd in een welvaartsstaat

06.05.2021 | # # # # 
Deel dit bericht


Enige tijd geleden trok de Vlaamse Vereniging voor Kinder- en Jeugdpsychiatrie (VVK) aan de alarmbel. De wachtlijsten in de kinder- en jeugdpsychiatrie zijn door de coronacrisis nog langer geworden; maar liefst 23.749 Vlaamse jongeren wachten op hulp. Jongeren die al een hele weg aflegden voor ze durfden herkennen dat ze nood hebben aan psychologische ondersteuning. Jongeren die omringt zijn door broers, zussen, ouders, vrienden, die samen met hen een gevecht leveren dat strandt op een wachtlijst.  Als ouder wil je strijden voor beterschap van je kind, niet vechten tegen de bierkaai van te weinig personeel en ontoereikende middelen. Ik ben één van die ouders. Ook ik slinger tussen de zorg voor mijn dochter en de wanhoop van de mensen in de zorg.

“Als ouder wil je strijden voor beterschap van je kind, niet vechten tegen de bierkaai van te weinig personeel en ontoereikende middelen.”

In een actieve welvaartsstaat als België die predikt het fysiek en mentaal welzijn van haar burgers ter harte te nemen, zou je het niet verwachten. En toch bestaan de wachtlijsten voor psychische bijstand aan kinderen al sinds de eeuwwisseling. Al meer dan twintig jaar is de hulp in de gespecialiseerde ziekenhuisafdelingen, maar ook in de gesubsidieerde ambulante zorg minder toegankelijk voor kinderen en jongeren dan voor volwassenen. Hier heelt de tijd niet alle wonden, integendeel. De tijd tikt hier meer dan ooit.

Corona als accelerator
De situatie in de psychologische zorg was al precair. Reeds in november vorig jaar schreef de Standaard: “Tweede golf weegt mentaal nog zwaarder dan eerste”. De coronapandemie met strikte maatregelen, isolatie en beperkte bewegingsvrijheid stelt de kwestie van mentaal welzijn op scherp. Begin dit jaar bevestigde de Corona Impact Monitor van UHasselt dat door de coronapandemie vooral studenten meer gevoelens van eenzaamheid (77%), stress (75%) en angst (49%) ervaren. Bijna een derde van de bevraagde studenten gaf bovendien aan een grotere behoefte aan psychologische hulp te hebben. Ook uit de Grote Coronastudie van de Universiteit Antwerpen blijkt dat het mentaal welzijn van jongeren erg lijdt onder de crisis.

Het engagement en de empathie van de artsen en hulpverstrekkers ten spijt, moet door een gebrek aan capaciteit de acute vraag naar hulp maar al te vaak worden afgewezen. Bovendien is de problematiek die de kinderen en jongeren tonen ernstiger en complexer waardoor ook een langdurigere en intensievere behandeling nodig is.

“We kunnen en mogen hier niet toegeven aan onze machteloosheid.”

Vandaag zorgen voor morgen
Dagelijks ervaar ik hoe slecht de kinderen en jongeren met mentale problemen eraan toe zijn. Ik kan dit niet langer met lede ogen aanzien. Men moet durven erkennen dat de psychologische bijstand kamt met een capaciteitsprobleem. We kunnen en mogen hier niet toegeven aan onze machteloosheid. Het zou schuldig verzuim zijn. We moeten nu meer dan ooit in hen investeren, vanuit menselijk oogpunt, vanuit de zorg voor onze samenleving en vanuit een hoopvol toekomstperspectief. Ik roep de beslissingsmakers op Vlaams en federaal niveau op om niet langer te talmen en nu maatregelen te nemen die het verschil maken.

Structurele aanpak
Een klein lichtpuntje alvast is het initiatief van de Vlaamse regering om vanuit diverse beleidsdomeinen het mentaal welzijn van kinderen, jongeren en hun gezinnen te willen ondersteunen. Ook de 20 miljoen euro voor extra personeel komt niets te vroeg.

“Ook wanneer de laatste coronagolf gebroken is, moet mentale gezondheid van kinderen en jongeren als prioriteit op de zorgagenda staan.”

Ik ben hoopvol dat deze initiatieven de extra hulpnoden wegens corona milderen. Toch brengt het  geen soelaas voor het structurele probleem van de wachtlijsten. Er is dus meer nodig. Kinder- en jeugdpsychiaters spreken zelf van een “Marshallplan”. Structurele problemen vergen een structurele aanpak. Ik kan dit beamen. Ook wanneer de laatste coronagolf gebroken is, moet mentale gezondheid van kinderen en jongeren als prioriteit op de zorgagenda staan.