De tijd van navelstaren vanop ons Limburgs eiland is voorbij

25.11.2020 | # # # # 
Deel dit bericht

Het woordenboek van het Instituut voor de Nederlandse Taal definieert een regio als “Streek die, gebied dat in een bepaald opzicht (geografisch, economisch, biologisch, enz.) min of meer een eenheid vormt”. Een regio ontstaat bijgevolg niet volgens een artificieel, maar volgens een organisch proces. De ambitie van de Vlaamse Regering te willen inzetten op regiovorming, lijkt dan ook een contradictio explicita te zijn.

Eén Limburg
De Vlaamse Regering heeft haar visie op deze regiovorming voorgesteld in een kadernota en dertien referentieregio´s afgebakend. Wat meteen opvalt is de afbakening van de regio Limburg. Dit is de enige referentieregio die samenvalt met de provinciegrenzen. Dit hoeft niet te verwonderen. De landschappelijke diversiteit, de streekidentiteit en de vele intrinsieke sterktes – waaronder de strategische ligging en korte beslissingslijnen – maken van Noord- en Zuid-Limburg één Limburg. Een Limburg, dat op organische wijze is uitgegroeid tot een volwaardige Vlaamse regio.

“We moeten met open vizier de wereld in kijken en alert zijn voor wat er in de regio´s rondom ons gebeurt.”

Met open vizier
Toch mogen we nu niet de fout maken en gaan navelstaren. Integendeel. We moeten met open vizier de wereld in kijken en alert zijn voor wat er in de regio´s rondom ons gebeurt. Limburg mag dan wel beschikken over unieke troeven en sterktes, ze mag niet opereren vanop een eiland in een zee van verandering en een geglobaliseerde maatschappij. Sluiten we de regio Limburg toch hermetisch af, dan dreigen de krachtinspanningen van de laatste jaren tevergeefs te zijn.

Blijvend inzetten op samenwerkingsverbanden
De ligging van onze provincie is het beste argument om blijvend in te zetten op de samenwerkingsverbanden die de gewest- en landsgrens overschrijden. Zo trekt De Maas weliswaar een visuele scheidingslijn tussen Belgisch en Nederlands Limburg, beide Limburgen vormen één coherente en coöperatieve regio. Voor thema´s zoals grensarbeid, gezondheidszorg, veiligheid en mobiliteit en voor de uitrol van SALKturbo is het belangrijk dat we onze blik bovendien blijven richten op de Euregio Maas-Rijn, de Duitse deelstaat Nordrhein-Westfalen en de Duitstalige Gemeenschap. Het intensifiëring van de partnerschappen met deze regio´s mag zeker geen taboe zijn. De oefening van de regiovorming dient bijgevolg gebaseerd te zijn op een euregionale visie waarmee meerwaarde wordt gerealiseerd en die een naar binnen gerichte Limburgse benadering overstijgt.

“De ligging van onze provincie is het beste argument om blijvend in te zetten op de samenwerkingsverbanden die de gewest- en landsgrens overschrijden.”

Een verbindend model
De gouverneurs hebben nu de opdracht om de gesprekken met de burgemeesters over de afgebakende referentieregio´s aan te gaan en een advies te formuleren. Een duidelijke keuze voor thematische clustering met respect voor de autonomie van ieder deelnemend bestuur, samen met een open blik vormen belangrijke voorwaarden tot slagen van het regiomodel.

Dit model is idealiter een methodiek dat de samenhorigheid tussen de Limburgse gemeenten versterkt. Een model dat verbindt en leidt tot één stedelijk geheel. Een model dat een duurzaam antwoord biedt op grensoverschrijdende uitdagingen. Een model waarbij de lokale besturen zich organisch transformeren van concullega naar collega. Waarbij de bestaande diversiteit behouden blijft en de aantrekkelijkheid gegarandeerd.

Niet blind zijn voor unieke opportuniteiten
Laten we niet genoegzaam achterover leunen en ons hoeden voor doordraafdrift. Laten we als constructieve toekomstdenkers kijken naar wat de individuele lokale besturen voor de regio Limburg kunnen betekenen en gluren we hierbij ook over de provinciegrens. Onze strategische ligging reikt immers unieke opportuniteiten aan om nieuwe bruggen te bouwen en bestaande partnerschappen te versterken. Op deze manier houden we de regio veerkrachtig.