Lancering nieuwe BKRK-productlijn keramiek in samenwerking met ontwerper Pieter Stockmans

31.07.2015 | # # # # # 
Deel dit bericht
BKRK pottenatelier keramiek

Het gamma BKRK-producten in het Openluchtmuseum van Bokrijk werd onlangs uitgebreid. Dit zijn hedendaagse en duurzame voorwerpen die verwijzen naar een specifiek ambacht of een authentiek productieproces. Geïnspireerd door het vakmanschap ‘pottenbakken’, kan je voortaan ook kommen en mokken van de eigen keramisten van Bokrijk én van ontwerper Pieter Stockmans kopen in de museumshop.

Onder de noemer BKRK – Bokrijk brandmerkt – willen we vanaf 2016 aloude ambachten en technieken uit het vroegere dagelijkse leven zoals het pottendraaien op een innovatieve manier in de kijker zetten in het Openluchtmuseum. De demonstraties en workshops door onze pottenbakkers behoren tot de meest succesvolle items binnen het museale aanbod.

Merchandisinglijn
Het BKRK-label groepeert hedendaagse versies van voorwerpen uit de dagdagelijkse cultuur die exclusief gecreëerd zijn voor Bokrijk. In de zomer van 2014 startte Bokrijk met een aantal producten in leder zoals een kaarthouder van ontwerpersduo Kuppers & Wuytens en een ‘Do it yourself’-variant van een klassieke lederen geldbuidel. Paradepaardjes zijn de stukken van de laureaten van de recente lederwedstrijd: de O-binder (een lederen riempje voor het samenhouden van allerlei kabels), een exclusieve lederen frisbee en een button-hug, een leuk accessoire voor je knoop, in de vorm van een Bokrijkhuisje.

Nieuw gamma in aardewerk
Bokrijk introduceert nu volgende nieuwe items in de museumwinkel:

  • de porseleinen ge-SCHENK-kom van Pieter Stockmans: een kommetje met een speciale schenkrand. Door deze vorm toont de ontwerper de evolutie van vroeger tot nu. De tuit die hij aan het kommetje toevoegde, verwijst naar de vroegere schenkkannen. In alle oude culturen waar men met keramiek vertrouwd is, komen zulke kommen met schenkrand voor. Men kon ze gebruiken om het vocht af te scheiden of de room van de melk te halen. Men kon ook schenken met dit voorwerp. De blauwe rand is herkenbaar voor de stijl van Pieter Stockmans. Elke kom is een uniek product want de handmatig aangebrachte rand is telkens anders. Verkoopprijs: € 70.
  • Een kom en mok van de hand van beeldhouwster/keramiste Isabelle Crombez. Zij is één van de vier pottenbakkers die in het Openluchtmuseum werkzaam zijn en heeft ook een eigen studio, Atelier Crombez. Verkoopprijs kom: € 18 – Verkoopprijs mok: € 12.5 per stuk, € 25 voor een set van twee.
  • DIY-kit (‘Do it yourself’): de bezoeker koopt een pakket met alle benodigdheden en kan thuis zijn potje verder afwerken door het met een keramiekstift te versieren en een laatste bakbeurt te geven en zo een duurzaam resultaat te bekomen. Een ideaal souvenir of een origineel geschenkidee! Verkoopprijs: € 14.5.

Wedstrijd keramiek
In het najaar lanceert Bokrijk voor de tweede keer een wedstrijd voor ontwerpers, eveneens rond keramiek/pottenbakken. Op deze manier werken we verder aan het traject om jaarlijks een designversie van een authentiek Bokrijk-product te laten ontwikkelen. De nummers 1, 2 en 3 ontvangen een geldprijs van respectievelijk € 1000, € 750 en € 500. De beoordeling gebeurt via een professionele jury waarbij elk jurylid de ontwerpen vanuit zijn of haar eigen expertise zal bekijken. In de jury zitten onder meer docenten van de MAD-faculty en ontwerper Pieter Stockmans.

De kunst van het pottenbakken
Het eerste aardewerk stamt uit het neolithicum, toen de mens overstapte van een jagersbestaan op een sedentaire landbouwcultuur. In Limburg begon deze periode rond 5500 voor Christus. Deze landbouwers bakten potten om hun voorraden in te bewaren. Sindsdien is het aardewerk niet meer weg te denken. In alle culturen zien we pottenbakkers voorkomen. Pottenbakkerijen ontstonden enkel in streken waar de samenstelling van de grond ideaal was en waar er voldoende water en hout voorhanden was. Tot aan de middeleeuwen werd aardewerk vooral gebruikt voor het opslaan van voorraden of als pronkstuk. Pas vanaf de vijftiende eeuw verscheen er ook meer aardewerk aan tafel door de komst van het goedkopere rood aardewerk.

De belangrijkste grondstof was leem, die in de buurt uit de grond werd uitgestoken en vervolgens werd geweekt en gekneed. Terwijl het kneden meestal door de knechten of leerjongens gebeurde, was de draaier de echte vakman. Hij maakte de potten door het leem tussen zijn handen te draaien op het pottenbakkerswiel. De gevormde potten moesten in een afzonderlijke kamer drogen. Nadien kregen ze eventuele oren, stelen en pootjes en een glazuurlaag om de potten minder poreus te maken. Na een tweede droogbeurt naast de oven was het potgoed klaar om gebakken te worden.

Het bakproces duurde in totaal vijf dagen. Een van de knechten bleef de hele nacht bij het vuur waken terwijl de potten de volledige nacht doorbakten. De gebruikte klei en de toevoer van lucht hadden een invloed op de kleur van het aardewerk. De volgende ochtend werd gecontroleerd of de potten genoeg gebakken waren via ‘kiekstukken’, testmodellen die kapot geslagen werden om te kijken of de potten ook vanbinnen hard waren. Als dit het geval was, werden de stookgaten van de oven dichtgesmeerd, waardoor de luchttoevoer stopte, het vuur doofde en de oven langzaam kon afkoelen. Op de vijfde dag werden de potten uit de oven gehaald.

Pottenbakken is een echt vakmanschap, je moet de methode goed in de vingers hebben en voldoende afweten van de juiste samenstelling van de klei, het bakproces en het glazuren. De techniek van het pottenbakken veranderde weinig doorheen de eeuwen. Regionale verschillen in klei, werkwijze, versieringen of vorm zorgden voor een uitgebreid repertoire aan potgoed. Hoewel het een zeer breekbaar product is, werd heel wat aardewerk geëxporteerd. Kooplui trokken rond langs de verschillende dorpen om hun lading aan de man te brengen. Potgoed dat stuk was, werd door de mensen bewaard tot een zogenaamde pottenhersteller langskwam die de gebroken potten boven een vuurtje ‘naaide’ met wat klei.